-
1 omkijken
1 [omzien] look round♦voorbeelden:2 naar iemand niet omkijken • not worry/bother about someonegeen omkijken hebben naar iemand/iets • leave someone/something to his/its own devicesje hebt er geen omkijken naar • it needs no looking after, it looks after itself -
2 geducht
1 [vreeswekkend] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 redoutable 〈 meestal voor zelfstandig naamwoord〉; 〈 bijwoord〉 rudement2 [hevig] 〈bijvoeglijk naamwoord; positief〉 respectable ⇒ 〈 negatief〉 terrible 〈bijwoord; positief〉 formidablement ⇒ 〈 negatief〉 terriblement♦voorbeelden:een geducht pak slaag krijgen • recevoir une bonne racléehet noodweer heeft geduchte schade aangericht • la tempête a causé des dégâts terribleshij heeft zich geducht gewroken • il s'est vengé de terrible façon
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Французский